Dringend nood aan een gesprek? Bel nu gratis 1813.

Hoe reageren

Al deze signalen kunnen een alarmbel doen afgaan. Men moet echter niet overbezorgd worden. Het zien van één signaal hoeft niet noodzakelijk op het ergste te wijzen. Er is wel reden tot ongerustheid als er meerdere signalen tegelijkertijd optreden.

Belangrijk is dus om op de signalen adequaat te reageren. Maar hoe doe je dat? En wat doe je beter niet?

1. Do's

  • Maak contact. Probeer te begrijpen hoe moeilijk de persoon het heeft en hoe het zo ver is kunnen komen. Ga ervan uit dat de problemen van de persoon niet zomaar in een handomdraai of met één “slimme” opmerking kunnen opgelost worden. Luister met respect en stel open vragen zonder te (ver) oordelen.
    Hou er rekening mee dat de persoon moeite heeft om over zijn/haar gevoelens te praten. Hij of zij heeft weinig energie, vraagt zich af of een gesprek nog zinvol is.
  • Hoe pak je een gesprek aan? Vertel de persoon dat jij je zorgen maakt. En vraag of jouw bezorgdheid terecht is. Laat weten dat je iets wil betekenen. Vraag wat je kan doen. Door te vragen naar zelfmoord-gedachten laat je zien dat je om de ander geeft: “Je zegt dat je het niet meer ziet zitten. Betekent dat je aan de dood denkt?“ De ander merkt dat over zelfmoordgedachten gesproken mag worden.
  • Toon begrip voor de problemen die de persoon ervaart en voor zijn gevoelens van wanhoop. Het is een goed teken als vooral de ander aan het woord was en jij luisterde. Vertel dat dit nu tijdelijk is dat hij geen oplossing ziet en dat zelfmoord niet de enige optie is.
    Wanneer men depressief is, heeft men een tunnelvisie en kan men vaak enkel maar aan één optie denken.
  • Onderneem actie om hulp te krijgen. Ga geen psycholoog spelen. Vraag de toestemming aan de persoon die het moeilijk heeft om een professional in te schakelen. Maak een afspraak met de huisarts en stel voor om mee te gaan. Gaat het over een jongere? Neem dan altijd contact op met de naasten: ouders, een familielid, vriend, zorgverlener.
  • Neem bij direct fysiek gevaar contact op met de huisarts, Centrum ter Preventie van Zelfdoding 1813 of bel voor dringende hulp het noodnummer 100.
    Vertel wat je weet en meld hen dat je bang bent voor de veiligheid van de andere persoon. Heeft de persoon al contact met een zorgprofessional, vraag of je die mag contacteren. Verwijder middelen die iemand kan gebruiken om zichzelf te verwonden, zoals scherpe voorwerpen, touwen of medicatie. Zorg voor nabijheid of bereikbaarheid van mensen bij wie de suïcidale persoon zich goed voelt.

2. Don’ts

  • Niet praten over zelfmoordgedachten maakt de wanhoop en machteloosheid groter bij mensen die plannen maken.
  • Zelfdoding dient dus bespreekbaar gemaakt te worden maar creëer geen cultus rond zelfdoding. Jongeren zijn hier gevoelig aan. Wanneer jongeren onderling veel over zelfmoordgedachten praten, kunnen ze elkaar in hun gedachten en gedrag beïnvloeden.
  • Maak geen beloftes dat je het aan niemand zal vertellen. Geheimen helpen de andere en ook jou niet. Deel uw bekommernissen over de suïcidale persoon met mensen die hulp kunnen bieden.
  • Ga er niet van uit dat de ander zelf hulp gaat zoeken of beter wordt zonder ondersteuning. Je dient dus zelf actie te ondernemen.
  • Probeer niet onmiddellijk oplossingen aan te reiken. Ga ervan uit dat dat het probleem complex is. Als er een eenvoudige mogelijk was, had de persoon die zelf wel gevonden.
  • Ga zeker de problemen niet minimaliseren. Ook al lijken ze voor jou niet zo zwaar, probeer in eerste instantie te begrijpen hoe het komt dat dit nu voor de persoon erg zwaar valt. Er zijn misschien nog veel andere meisjes of jongens, maar men heeft nu het gevoel dat die ene met wie het uit geraakte nooit te vervangen zal zijn.
  • Probeer niet te veroordelen. De persoon heeft het recht om zich zo te voelen zoals hij zich nu voelt.
  • Vermijd goedbedoelde clichés over positief denken. Probeer de persoon niet te overtuigen dat hij verder moet leven of begin niet te discussiëren. Ga niet wijzen op zaken die (voor jou) het leven de moeite waard maken.
  • Monitor het contact met de persoon. Hou voeling met hem of haar. In een gesprek zegt men altijd wel verkeerde dingen, maar als je merkt dat iets verkeerd over komt, probeer dan telkens het contact te herstellen.